Een wonderlijke dag vol pijn en ook verrassingen
Om half negen vertrek ik van mijn logeeradres in Montebueno, nagezwaaid door de eigenaresse. Ze had zoveel eten neergezet dat ik mijn bakje voor onderweg ermee mocht vullen. Tijdens de eerste 50 meter was ik alles en iedereen aan het bedanken hierboven en zong daarna; ‘Oh what a beautifull morning.’ Nog geen minuut later zie ik een prachtige grondmist uit de bergen komen. Kan er geen genoeg van krijgen om waar ik ook langs rij, het te fotograferen vanuit alle hoeken. Weer momenten om bij stil te staan en dankbaar naar boven te groeten, dat ik dit moois te zien krijg. Tijdens een van die momenten, 2 km . buiten het dorp, hoor ik zeggen, ‘goedemorgen’. Ik draai me om en ontmoet twee mannen uit het Gooi; Bert en Gerard v.d. Manden. Ze hebben het Shirt aan van hun wielerclub. Het klikt gelijk en we besluiten samen naar het eerste het beste koffietentje te rijden om daar foto’s te maken en weer afscheid te nemen. Zij moeten zo’n 100 km . rijden vandaag. Ontmoeten op een Nederlandse camping hun twee broers die een paar dagen van Rome meegenieten om daarna samen met elkaar naar huis te gaan. Wanneer we afscheid nemen, zijn ze al snel wat vooruit. Met klimmen haal ik weer wat in, maar doe er geen moeite voor. Af en toe zie ik ze omkijken of ik de goede weg wel neem, totdat ze uit het zicht zijn verdwenen.
Tijdens de zoveelste klim naar Stimigliano Scalo rijden we een stuk door het bos. De zon schijnt volop en de vogels zingen met z’n allen hun lied. Ik luister en geniet, Merk niet eens dat de klim energie vraagt. Beneden aan de rivier zie ik de kraaien af en aan naar de bomen vliegen. Een kudde schapen komt aangelopen. Er is er één die steeds naar mij boven op de brug, blijft kijken,. Juist daardoor valt ze me op. Op de brug zijn allemaal vieze kleine steekvliegjes. Ze kruipen tot in mijn BH en ik word gek van de jeuk. Trek gelijk van alles uit, wat uit kan. Het is behoorlijk warm geworden.
Bij Ponzano Romano krijg ik het echt voor m’n kiezen. Een berg van twee kilometer met 5 tot 12% klimmen. Volgens mij meer het laatste dan het eerste. Na de eerste 500 meter zie ik een klooster. Een reden om even af te stappen en alles op mijn gemak te bekijken. Mooie foto’s zijn er genoeg te maken. Wat mag ik toch veel zien en meemaken. En wat jammer dat vele andere fietsers, door de korte tijd die ze hebben, zoveel dingen misschien niet kunnen zien. Opnieuw verder naar boven. Er komt een rustig stukje waarin ruimte is om de rivier beneden te fotograferen. Het was pas op de helft van de berg. Eer ik boven ben, heb ik nog drie keer af moeten stappen. Hijgend en wel sta ik dan eindelijk in het dorp naar adem snakkend, gebukt over mijn fiets geleund. Maar ik kom er zonder één stap te lopen. Twee kilometer lijkt niet veel, maar als je 12% moet klimmen is dat heel veel en de afstand heel lang. Boven in het dorp plof ik op een muurtje neer. Deze berg is een uitputtingsslag geweest. Wat ik toen gelukkig niet wist was dat deze uitputtingsslag nog menig keer zou volgen vandaag.
Opzij staat een grot kruisbeeld. Ik zit ernaar te kijken en zie in mijn ooghoeken een veertje op me af komen. Even een herinnering dat ik om hulp had kunnen vragen en het niet had gedaan. Voor een van de winkels achter me zit een moeder of oma, tegenwoordig weet je het niet altijd meer, met een baby op schoot. Ze wil het kindje laten zwaaien, dat doet het niet. Maar een mooie lach is mijn beloning, wanneer ik met toestemming een foto maak. Even later komt een Franciscaanse pastoor op me toelopen. Ik word gelijk mama genoemd. Hij komt uit Kenia. We raken aan de praat en al heel snel wordt hij vertrouwelijk. Verteld dat hij een probleem heeft. Ik krijg toestemming om wat te zeggen en vertel dat hij problemen heeft met het instituut de kerk. Niet met God. Maar daardoor wel een stuk van geloof in God heeft verloren. Zijn moeder ligt ernstig ziek in Kenia en de kerk wil hem niet met geld helpen om naar Kenia te vertrekken. De kosten 700 euro willen zij niet geven of lenen. Och ja, ik weet het van vroeger. Wanneer je voor de kerk kiest is familie totaal niet belangrijk en daar moet je afstand van doen. We praten en gaan er dieper op in, wat ik voor de rest voor me hou. Dit mocht ik schrijven, de rest blijft tussen ons. Ik wilde dat ik kon helpen door een ticket te kopen, maar weet niet eens of ik het zelf financieel tot woensdagavond vol kan houden in Rome. Af en toe komt er een stille traan van verdriet en dankbaarheid in zijn ogen omdat wij er samen over kunnen praten. Hij vraagt me ook te bidden voor hem en natuurlijk komt hij op mijn lijstje te staan om een kaars in Rome te branden.
Vader Evan Onchari Kebabe uit Kenia, levend in het dorp Ponzano Romano, een diep eenzaam en verdrietig mens. Ik krijg zijn zegen mee en hij mijn gebed voor een oplossing. Voor het instituut kerk heb ik weinig goede woorden over omdat ik voor de zoveelste keer mee maak hoe weinig menselijkheid er in zit. Het heeft niets met God en de mensen te maken, maar alles met rijkdom en geld. Franciscus lijkt mij een goede paus maar wat kan hij in zijn eentje veranderen, waar anderen om hem heen dit allemaal in stand willen houden, om welke redenen dan ook. Je hoort toch zeker voor je eigen mensen goed te zorgen, zodat zij hun werk goed kunnen blijven doen. We nemen roerend afscheid van elkaar. Ik blijf nog even zitten, terwijl hij de heuvel oploopt naar zijn kerk. Een eenzaam mens, vol angst en zorg voor zijn moeder. Een mens die ik aan mocht raden om weer in God te geloven. Dat die de macht heeft een oplossing voor zijn problemen te bieden. Een mens die ik gewoon even vast had willen houden, maar wat gewoon niet kan. Er lopen teveel dorpelingen boodschappen te doen. Intussen ben ik voor hem Mama Maus geworden. Mijn gevoel zegt dat hij hier niet blijft als priester. Even buiten het dorp staan bij een kerkhof allemaal bankjes waar ik mijn lunch gebruik en een kop koffie drink.
Wanneer ik verder trek en denk het allemaal gehad te hebben met klimmen, komen er weer nieuwe en weer hogere bergen aan Een beetje dalen en opnieuw klimmen. Het stopt niet en minimaal 5 tot 8%. Mijn rechterhand doet verschrikkelijk pijn, maar ook mijn linkerhand gaat nu protesteren. Even later kom ik voorbij een huis in aanbouw, zet mijn fiets neer om een foto te maken vanaf het terras. Op dat moment komen de bouwvakkers net terug en een van de jongens zegt dat hij wel een foto maakt van me. Dat was niet de opzet, maar wel goed bedoeld. Helaas, de mooie achtergrond ontbreekt er aan en ik gooi ze weg. Wanneer ik eindelijk een langer stuk naar beneden rij, waarbij ik toch de snelheid in de gaten hou, is er een pizzeria, waar ik even pauze wil houden. Hier blijkt een groep wielrenners te zitten onder leiding van een Nederlands echtpaar. Leuk natuurlijk. Maar dan blaast de vrouw van het echtpaar wel erg hoog van de toren dat zij wel een hele zware ronde fietsen, wanneer ik vraag of zij ook naar Rome fietsen. Er steekt iets van binnen en zeg prompt dat ik van Nederland naar Rome fiets. Heel zuur kan er af dat het knap is en ze draait zich om. Ik ben geen blik meer waardig. Eigenlijk dom van mij, dat ik er in stink. Had haar in haar waarde moeten laten en haar zakelijke houding moeten laten voor wat het was. Helaas ik ben nog steeds een mens met fouten en soms roept een houding iets in me op wat minder aardig is. Het was haar manier van kijken, alsof ik een insect was dat hier niet hoorde te zitten. Het is 13.41 uur en heb pas 37.15 km . gereden
Weer op weg zie ik ineens een paar schoenen in de lucht hangen. Natuurlijk moet er een plaatje van gemaakt worden. Hoe komen ze daar en om wat voor reden hangen ze juist aan die bedrading? Het is heerlijk rijden, even een weg met wat rust en stilte. Ben op weg naar Fiano Romano. Ineens krijgen Aeolus en Pluvius het samen op hun heupen. In tijd van 5 minuten is het stormachtig en giet het de lucht uit. Het duurt maar korte tijd. Wanneer ik eindelijk op het pleintje aankom van Fiano Romano Schijnt de zon daar volop en zitten de mensen me verbaast aan te kijken in mijn regenjack. Ik vraag de weg, omdat ik er even niet meer uitkom, bij een heerlijke ijssalon. Moet ook naar de bank. Heb nog precies vier euro in mijn portemonnee. De weg naar de bank gaat niet over rozen. De weg die ik moet beklimmen is erger dan de Cauberg in Valkenburg. Opnieuw lig ik echt op apengapen. Maar nog ben ik niet uitgeklommen. Vanuit de bank moet ik nog hoger klimmen, weer dalen en klimmen, de hele middag door. Minimaal 5 tot 8%. Er komt geen einde aan. Halverwege de klim naar Capena zie ik een winkel om even een cola te halen. In de olijvenboomgaard staan banken. Een Italiaan die ook Engels spreekt en zit te genieten van zijn rust, maakt een foto van mij op dit romantische plekje. Het is jammer dat ik hier alleen zit. Maar ja, het is maar voor even. Het klimmen gaat verder. In Capena, waar de nieuwe etappe van morgen begint, geen kamer of hotel te vinden. Alles is gesloten. Siësta. Dan nog maar acht kilometer doorrijden naar Morlupo. In het boekje staat dat daar wel een hotel is. Ben eigenlijk te moe, maar heb geen keuze als ik wil slapen.
En weer is het klimmen en nog eens klimmen. Soms kan ik echt niet meer en moet onderweg afstappen. In Morlupo vraag ik naar een hotel bij een Fitnes en speelterrein voor kinderen. Nog drie kilometer wordt gezegd. En……….., opnieuw nog steilere klims. Een is zelfs 14%. Het is een korte, maar boven gekomen zegt mijn batterij, nu is het afgelopen. Gun mijn fiets even rust. Kom dan tot de ontdekking dat in de andere batterij weer wat bijgetankt is na de rustpauze. Voel mezelf niet rustig nadat ik ontdek dat het beroemde hotel gesloten is. Wat nu? Dit heb ik niet eerder meegemaakt. Week verder klimmen. Ineens zie ik vlak bij het station van Morlupo een bordje staan naar links, Clarice Hotel. Heel leuk, vooral omdat het steil naar beneden gaat en ik daar morgenvroeg moet beginnen met deze klim. Maar……, het kan nog erger. Want de daling gaat nog naar rechts verder. Drie kilometer die ik op mijn nuchtere maag moet klimmen van maar 11 procent.
Aangekomen bij het hotel staat net de eigenaar buiten. Ik vraag hem wat het kost. Zestig euro per nacht. Ik zeg hem eerlijk dat ik dat niet kan betalen en wil weer omdraaien, al heb ik geen idee waar naartoe. De batterijen zijn zo goed als leeg. De eigenaar kijkt me aan en vraagt of ik veertig euro wel kan betalen. Ik wil hem wel om zijn hals vallen, ja dat kan. Binnen vraagt hij of ik ook wil eten. Ik vraag opnieuw wat het kost. Hij kijkt me aan, wil wat zeggen en dan ineens zegt hij 10 euro en om zeven uur vanavond begint het diner. Ik weet het niet maar alle engelen zijn hier werkelijk bezig geweest om mij hier te houden en goed eten te krijgen. Want het diner bestaat uit een voorgerecht van meloen met rauwe ham. Twee stukken, waarvan ik er maar één op kan. De andere geeft hij mee naar de kamer, in plastic bakje verpakt. Ik bewaar het voor morgen op weg naar Rome. Daarna komt een bord heerlijke Ravioli. Mij wordt gevraagd of ik nog vlees wil, maar het wordt me teveel. Maar dat wordt me teveel. Krijg ook nog een bord, prachtig opgemaakte salade met tomaat erbij. Mijn kannetje thee mag ik meenemen naar de kamer wanneer ik dat liever wil. Ik voel me zo verwend in alle opzichten. Met zoveel goede dingen omringd worden kan soms teveel worden, wanneer ik zie hoeveel zorg hij aan me besteed. De tranen springen in mijn ogen. Een man met zoveel liefde in zijn hart en nog zo jong, die zelf best eenzaam is. Maar dat is vertrouwelijk.
20.30 uur: Tijdens het schrijven kreeg ik een verschrikkelijk kramp in mijn bovenbenen. Weet even niet waar ik het zoeken moet van de pijn. Teveel inspanning geweest vandaag. Ga even klein stukje lopen. Wanneer ik het straatje uitloop zie ik aan het eind duizenden lichtjes branden. Rome, via de snelste weg van hieruit nog 28 kilometers . Zal kijken of het lukt een foto te maken, later op de avond, eerst mijn verhaal afmaken. In mijn kamer hoog op de berg en toch niet zo hoog als ik was, geniet in ondertussen van de trommelaars en drumbands die beneden in het dorp spelen.
Heel vervelend is dat de muis steeds meer zijn eigen gang gaat, Hele zinnen verplaatst zonder dat ik dat wil. Morgen in Rome eerst kijken of ik daar een andere kan krijgen, want het wordt steeds erger. Zet gewoon zinnen ergens tussen die ik op de plaats wil hebben waar ze horen te staan.
Terwijl ik zit te schrijven, het is inmiddels 22.17 u. speelt nog steeds de muziek in het dorp. Ik loop nog even naar het einde van de straat in de hoop het plaatje van Rome op de camera te krijgen. Wanneer ik terug kom vraagt de eigenaar of ik een pr foto’s van hem kan maken voor op zijn visitekaartjes. Met genoegen doe ik wat terug en er komen twee hele mooie uit. Welterusten allemaal.
Totaal gereden: 2060,16 km .
Geen opmerkingen:
Een reactie posten