Vannacht rond half twee begon het op een verschrikkelijke manier te regenen. Even later volgde wat onweer dat dichterbij kwam, maar niet echt doorzette. Heb er wat foto’s van gemaakt door het raam heen. Ze konden niet open, wel als klapraam. Maar het lukte. Ik kon niet slapen. Mijn hele lichaam jeukte. Misschien van de vele kilometers en de inspanningen? Daarbij had ik de hele avond al keelpijn en vocht tegen een mug die me zat te pesten. Moet dan echt een borstel nemen met crème om me in te smeren. Op mijn voorhoofd tijgerbalsem, dan hoor of zie ik de mug niet meer en mezelf in het licht zetten. Allemaal methodes om rustig te worden. Een extra slaaptabletje nog ingenomen en uiteindelijk toch in slaap gevallen.
Om 7.11 opgestaan, klaarwakker en fris. Mijn ontbijt waar
wel 5 euro voor wordt gerekend is nog kariger dan gisteren. Toen kreeg ik nog
drie verpakte broodjes, nu krijg ik er één. Weliswaar iets luxer en groter maar
toch, dat kan toch je maag niet vullen voor een dergelijke fietstocht. Op mijn
verzoek om nog wat eten wordt beloond met 2 droge toastjes. Geen boter of
beleg. Nee, moet ze zo maar eten. De man legt uit dat het ontbijt voor de
Italiaan niet belangrijk is. Het gaat om de lunch en het avondeten. Het was hem
opgevallen dat ik niet had gegeten de avond tevoren. Maak hem duidelijk dat ik
onderweg om 5 uur al gegeten. Kon hij niet begrijpen. Tja, we spreken nu
eenmaal twee talen met verschillende gewoontes en gebruiken.
Om op de route te komen moet ik weer helemaal terug naar Ferrara,
bijna 6 kilometer .
Bij de kathedraal maak ik een paar foto’s, maar voor de rest laat ik het voor
wat het is. Het miezert al vanaf dat ik weg reed bij het hotel. Bij St. Martino
gaat het fout. Ze hebben het over de eerste rotonde, maar de tweede wordt niet
over gesproken, terwijl je daar naar links moet. Dus rij ik te ver door. Ik
vraag
een man, die op een parkeerplaats aan komt lopen, de weg. Hij legt het me
uit. Als ze het in het boekje over een tunneltje hebben twee kilometer verder,
zie ik dezelfde man weer aan komen lopen. Hij was er niet gerust op dat het op
dit punt goed ging. Dat klopte ook. In het boekje stond dat ik er onderdoor
moest, maar moest wel de brug over. Wat had die ene kilometer nu voor zin om,
om te gaan rijden. De man was al heel charmant en leuk om te zien, maar dat hij
zich zorgen om me maakte, was extra leuk. Ik was al onder de indruk van zijn
uitstraling, maar nu nog meer. Dat iemand zich zorgen om je maakt doet je echt
wat. Alweer een engel in mijn leven. Eindelijk na drie kwartier zoeken en
vragen rij ik op de goede weg. Rechts in de verte straalt een blauwe hemel en
een zonnetje zijn stralen. Ach ja, daar rijden de mensen die via Florence en
Toscane gaan. Mijn weg leidt naar Assisi. Ondertussen gaat het harder regenen.
Het heeft geen zin een regenbroek aan te doen. Dat ding plakt aan mijn benen. Geeft
meer ellende dan wanneer mijn benen nat worden. Die drogen wel weer. Het is
kil, minstens 10 graden kouder dan gisteren. Moet al vanaf dat ik uit de stad
was plassen, maar nergens is er en gelegenheid. Op gegeven moment wordt het zo erg
dat ik een boomgaard in duik. Mijn fiets staat onbeheerd op de weg en in de
weg. Natuurlijk heb je dan altijd mensen die moeten gaan toeteren, wat er nog
eens extra aandacht op vestigt dat ik ergens tussen de struiken zit. Ik kan me
er niet druk om maken. Aeolus heeft het ook druk vandaag en blaast zo hard
mogelijk. Zolang hij in mijn rug blaast vind ik het prima, maar wanneer ik
later op de dag op polderwegen rij, die nogal kronkelig zijn kan hij zijn lol
op. Het ene stuk blaast hij me in de rug, het dwarse stuk van de weg blaast hij
opzij en moet ik echt met hem in gevecht. May had het al voorspeld, de wind
ging draaien. Kon ik voordeel van hebben. Soms dus wel, andere keren keert hij
zich in volle kracht tegen me en zijn we weer aan het knokken. We hebben samen heel
wat uit te vechten. In datzelfde poldergebied kom ik veel roofvogeltjes tegen.
In mijn ogen zijn het valken, die hangen zo mooi strak in de lucht boven hun
prooi. Ze hebben een roodbruine gloed op hun rug.
Op weg naar Quantiere komt er een hoosbui. Er is geen huis
te zien en wanneer ik er twee ontdek, zijn de hekken potdicht. Er is nergens
een gelegenheid om te schuilen. Het water loopt letterlijk mijn schoenen in.
Vooral de rechtse moet het bezuren. Waarom juist die, weet ik niet. Voel ik me
vervelend hierdoor? Nee, integendeel. Geniet van al die krachten die ik
trotseer. Daarnaast geniet ik van de vele zilver- en grijze reigers die ik
onderweg tegenkom. De valken die op hun prooi jagen. Wat zijn het er veel in
dit natuurgebied. In de verte kraait een haan en de torenklok laat horen dat ik
een broodje moet eten. Gelukkig had ik er vanmorgen genoeg gehaald. Een
rustpauze op een bankje zit er niet in. Het bankje is zo nat dat ik het ze niet
gun om mijn fietsbroek als droogdoek te gebruiken. Even verder komt een valkje
op het dak zitten van een schuurtje, recht tegenover waar ik net stil sta.
Voorzichtig pak ik de camera van mijn schouder, had hem nog niet weggeborgen.
Het is alsof hij me heel hard uit zit te lachen, terwijl hij er als een speer
vandoor gaat. Ach ja, ik weet dat ik tegen deze snelheden het af moet leggen.
Zij hebben een derde oog voor elke beweging die ik maak
In Porto Magiare neem ik voor het eerst een cappuccino in
een zaak. Smaakt heerlijk, maar degene 50 km .
is naar Ravenna. Voor de auto’s tenminste. Ach, ik zie wel hoe ver ik kom. Even
later vliegt een Fazant ineens omhoog uit het gras van de berm. Ik schrik net
zo hard als zij. Het is een vrouwtje, ze is bruin. Even later zie ik overal
kleine witte zilverreigers. Er staan ook
diverse gewone reigers tussen. Op een ander stuk land staan de zilverreigers
tussen de ooievaars. En dan komen er zonder reden ineens tranen omhoog. Heb ik
redenen om te huilen of is het een voorgevoel? Rond drie uur belt Deesje. Om
vier uur wordt mijn schoonzusje van de beademing afgehaald. Alle drie de
kinderen en echtgenoten zijn erbij. Ik ben er lijfelijk niet bij, maar fiets
gedachteloos verder. Voel dat het verdriet van eerder die dag onbewust hiermee
te maken had. Berry, Leo, haar broer en de ouders. Vandaag komen ze alle vijf
weer bij elkaar. De dokters hadden vanmorgen de beslissing genomen dat het geen
zin had haar nog in leven te houden. Even na vier uur zie ik eerst een groep
duiven boven mijn hoofd cirkelen. Even daarna komt een grote groep spreeuwen
aanvliegen met een lawaai wat niet normaal is. Ze duiken de boomgaard in,
schreeuwen opstandig en dan…, ineens is het doodstil. Ik voel dat alle
apparaten losgemaakt zijn. Op dat moment vraag ik Berry om een groep vogels te
sturen wanneer zijn zusje Jenny, bij hun is. Ruim 15 minuten later komt er een
groep vogels aanvliegen, vlak boven mijn hoofd. Dan vliegen ze verder en ik
weet dat Jenny uit haar lijden is verlost. Dan komen de tranen. Ze zaten al
hoog, maar nu is het goed. Nooit meer in de rolstoel hoeven zitten. Nooit meer
afhankelijk zijn van een ander. Wat kunnen wij ons daarbij voorstellen als
gezonde mensen? Eigenlijk nauwelijks de werkelijkheid. Wees gelukkig Jenny en
goede reis, roep ik met tranen in mijn ogen naar boven en laat ze rustig even
lopen. Ze mogen worden gehuild. Even voel ik me eenzaam en alleen. Ik kan het
met niemand delen.
die ik in de tas heb zitten is net zo
lekker. Alleen niet in de regen. € 1,40 is niet duur. Bij ons betaal je het
dubbele. Een verzopen kat zit te genieten van het warme bakkie, met twee handen
het kopje omvattend. Ik zou het niet hebben willen missen. Onderweg zie ik dat
het nog
Was het inmiddels twee uurtjes droog geweest en probeerde
een waterig zonnetje zich te laten zien, het was een vergissing. Opnieuw krijg
ik een hoosbui over me heen. De regendruppels dragen mijn tranen met zich mee.
Het is goed zoals het is. Echter nu ik alles op zit schrijven en de dag opnieuw
beleef, komt ook het verdriet weer boven. Tegelijkertijd ook vrede. Het is goed
zoals het is. Eigenlijk wil ik bij het plaatsje Anita stoppen. Er is geen kamer
of hotel te vinden. Bij een bed en breakfast is niemand thuis. Dan maar
doorrijden naar Ravenna, nog 15
km . Op weg daarheen zie ik dat op 2 km . afstand in een zijweg
een bed en breakfast is. Het blijkt een caravanpark te zijn. Oud, maar schoon.
Er is een zwembad, maar voor nu veel te koud. Heb al twee keer gezwommen
vandaag. Er is een speelweide, een barbeque gedeelte met zeker zes grote
roosters. Men kan er vuurtje stoken in de houtkachels en bakken die er staan en
genieten van de zonneweiden. Ergens loopt nog wat vee rond en de mensen zijn
vriendelijk. Voor € 25 zonder ontbijt is voor mij alles geregeld. Internet is
er niet, komt morgen wel weer. Hoef alles maar klaar te maken.
Totaal
gereden: 1603,27
Geslapen in: S.Alberto, via Forello no. 21A
Facebook:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten