maandag 15 september 2014

Maandag 15 september 2014, Rome dag 2


Vanmorgen ging om zes uur de kerkklok, die precies achter het klooster staat. Voor de tweede dag zit ik stijf rechtop in mijn bed. Alsof die klokken echt naast je staan te luiden. Dan maar wat vroeger aankleden en inpakken voor het ontbijt. Rond half negen neem ik als laatste afscheid van de mensen. Gooi een gift in de bak voor eten en slapen en rij naar het nieuwe klooster, dat maar tien minuten rijden van mijn oude adres is. Fiets en bagage worden in een speciale kamer gezet, ik wist dat ik pas vanaf 12 uur op mijn kamer terecht kon. Ik ben vol verbazing over alle pracht en praal die de kerken hier stuk voor stuk ten toon spreiden. De een nog mooier dan de ander. Maar daarnaast ben ik nog verbaasder dat de kerk zelfs de mogelijkheid biedt aan zogenaamde bedelaars, die zich anders voordoen dan ze zijn. Nu loopt er niemand te controleren, dus weten ze het zelf niet, maar ondertussen bieden zij wel de mogelijkheid.

Zowel gisteren als vandaag heb ik het bewijs gekregen dat bedelaars helemaal geen bedelaars zijn, maar mensen zoals u  en ik, alleen er op uit om ons een pootje te lichten. Omdat mijn elektrische fiets een gewild product is om te pikken, had men in het klooster aangeraden dat ik beter naar de Friese Kerk met de bus kon gaan. De pauselijke zegen, na afloop van de kerk, was een gewild moment voor diefstal. Ieders aandacht was bij de paus. In de bus kwam ik tegenover twee oudere vrouwen te zitten, waarvan ik gelijk voelde dat er iets niet klopte. Ze zagen er sober uit, maar net als u en ik, twee buspassagiers. En ja hoor, vlak voordat we op het St. Pietersplein stopten, kwamen de stokken tevoorschijn en gingen de hoofddoeken om. Nog geen kwartier later kwam ik een van de twee tegen. Ineens liep ze helemaal krom, terwijl ze kaarsrecht de bus uit ging. Ze keek me aan en zag dat ik haar herkende. Met een grote boog liep ze om me heen, bang dat ik er wat van zou zeggen. Maar was dat aan mij? Nee, tot nu toe ben ik er ook altijd ingetuind, zelfs eergisteren, zaterdag, nog bij aankomst in Rome. 

De tweede bedelaar maakte het nog erger. Terwijl ik op de heenweg naar de Tiber en het Castel Angelo, in een kerk aan het fotograferen was, zag ik achterin een man zitten. Hij zag en goed en verzorgd uit. Even later zat hij zich om te kleden in een wit T-shirt. Er stond iets op, ik kon het niet lezen. Op de terugweg naar het klooster, zag ik hem buiten staan met de tekst op zijn  shirt: “I am crazy”. Hij had ineens een stok en stond zogenaamd te schudden. Inwendig van de lach  denk ik, dat al die gekke toeristen hier instinken. Oh ja, ik ook. Maar sinds vandaag weet ik dat ze zich allemaal anders voordoen dan ze zijn. Ik ben gelijk afgeknapt en weiger nu nog iets te geven. Je weet niet eens meer of hun handicap echt is of niet.  

Vanmorgen ben ik er eerst op uit geweest om een nieuw schrijfblokje te halen en een nieuw muis. Dat laatste kost een hoop zweet van de hitte en pijn aan de voeten. Echter wanneer ik eindelijk bij de betreffende winkel ben is er nog net 1 muis, speciaal voor mij bewaard. Met een kabel, zodat hij niet tientallen keren uit mijn handen valt. Hierna loop ik door naar de twee bruggen met prachtige beelden er op. De voetbrug leidt naar Castel Angelo en het begin van de via Appica, de oudste weg van Rome en voor fietsers nauwelijks bereidbaar. Via de tweede brug loop ik weer terug naar mijn klooster. Op een van de beelden zit heel trots een witte duif. Van alle kanten laat hij zich fotograferen, alsof hij door heeft wat hij moet doen om in de belangstelling te blijven.  

Even verder loop ik langs Restoranta pizzeria da Carlo. Het ziet er gezellig uit. Wanneer ik aan een vier persoons tafel plaats neem wil de eigenaar dat ik in een hoekje aan een twee persoonstafel ga zitten. Belachelijk. Er zijn maar 2 tafels bezet van de 10. Hij kijkt me boos aan en geeft met moeite een cappuccino waar hij voor straf 3 euro voor rekent. Uitgebreid ga ik nu alles op zitten schrijven, wat ik niet van plan was. Nu neem ik echt de tijd om uit te rusten. Als het vol had gezeten, had ik geen moeite gehad met dat hoekje, maar er zijn maar twee tafels bezet op het hele terras. Het lopen geeft problemen, bovendien is het heel warm. Een prachtige blauwe lucht met hier en daar een wolkje maakt de mooie dag compleet. Ik voel me gelukkig en blij. 
 

Rond twaalf uur ben ik terug in het klooster. Pater Mattheas, die alles heeft geregeld, ontvangt me. Eerst worden me tientallen huisregels voorgelezen en opnieuw zegt hij nog eens duidelijk dat hij niet lastig gevallen wil worden door vrouwen, vooral weduwen. Ik lach er maar om. De man vind zichzelf misschien wel erg aantrekkelijk en belangrijk, maar mijn interesse heeft hij echt niet. Hij is aardig, net als vele anderen. Het instituut kerk kan ik weinig mee, dat schreef ik al eerder. Maar als onderdak is het perfect. De pater brengt me zelf naar mijn kamer. Draagt zelfs mijn zware fietstas, iets wat te prijzen valt. Hij had het ook door de portier kunnen laten doen of aan mij over kunnen laten. Dus toch een heer. Eerlijk is eerlijk, de paters hier zien er correct uit in hun zwarte kleding, kan niet anders zeggen. Mij kamer is netjes met twee bedden achter elkaar. Of ik er maar een van wil gebruiken. Dat is al vaker gevraagd waar ik onderdak vond. Geen probleem. Tijdens het schrijven hoorde ik eerst vanmorgen een prachtig kinderkoor zingen, nu om deze tijd is het mannenkoor aan het zingen. Klinkt prachtig. Later hoor ik van pater Mattias dat dit gebouw aan de Sixtijnse kapel sluit. Dat een deel van dit gebouw ook een jongensschool is en zowel de kinderen als de mannen regelmatig met hun koren oefenen.  

De binnenplaats van het klooster waar ik nu zit
 
Het eten is werkelijk heel goed, net als in het andere klooster. Elk kwartier gaat ook hier de klok van de kerk tingelen. Hoop morgenvroeg niet weer om zes uur. Tegen vier uur krijg ik trek in koffie. Pater Mattheas wordt gebeld en gaat met mij persoonlijk naar de keuken om water warm te maken in de magnetron. Dus toch begripvol. Hij vind dat ik niet hoor te werken maar Rome moet bezichtigen. Ik maak hem duidelijk dat ik de mensen niet nog langer kan laten wachten en ik alles klaar moet maken, ook de foto’s. De internetwinkel is maar tot acht uur open. Er is hier wel Wifi maar niet voor de mensen. Vertel dat ik het en hotels ook allemaal ’s avonds deed, maar nu niets kan doen in de avond.

Eerlijk is eerlijk, ik heb nog niets kunnen lezen van alle reacties. Van Fransien en de kinderen hoor ik dat het er heel veel zijn en ik en echt heel benieuwd. Dus tot straks allemaal.










































Deze man is zo woedend aan de telefoon
, schreeuwde de hele straat bij elkaar. Bij ons zou een opstootje komen, hier reageert niemand




Geen opmerkingen: