Mijn rug heeft gisteravond een behoorlijke pijniging ondergaan in het theater, waar ik vannacht veel last van heb gehad. Bovendien heb ik toch gepiekerd over mijn schoonzusje. Ook al had ik minder contact dan jaren geleden met haar, het blijft familie. Bovendien heeft ze dit einde zo niet verdiend.
Vanmorgen was er een andere mevrouw voor het ontbijt. Jammer
Michela was er niet. Wel een roerend afscheid genomen van Rosanna en Claudio.
Hij vindt dat ik prachtige foto’s maak. Een compliment is altijd mooi om te
horen. Sommige ontmoetingen blijven je een leven lang bij, dit is er zo een.
Een stukje van mijn hart heb ik in Verona verloren. Een heerlijke stad. Of komt
het door Carmen? Maar………, Rome blijft roepen. Na tien kilometer zie ik de
borden Lidl en Decatlon staan. Een stukje thuis. Ik ben weer terug op aarde.
Voor ik op de goede weg ben heb ik alweer diverse
keren moeten vraag. Blijkbaar
ben ik toch te stom om te begrijpen welke brug de derde is, er zijn er
meerderen. De stadsmuur, zoals beschreven kan ik wel vinden. Bij St. Michele
moet ik onder een tunnel door. Welke? De eerste die ik neem zit glad verkeerd.
Om het hoekje blijkt een grindweg naar boven met grote stenen. Dit kan nooit de
bedoeling zijn. Halverwege moet ik afstappen en weer eens mijn fiets naar boven
duwen. Een hele klus over de grote stenen heen. Boven gekomen loopt de weg
rechtdoor dood, ik kan wel naar rechts om het stuk dorp heen. Uiteindelijk kom
ik toch terecht bij de echte tunnel, die groot genoeg was om een heel peloton
doorheen te laten en zonder klimwerk. Inmiddels is het zo heet, 32 graden in de
schaduw, dat de reuzel langs mijn billen loopt. Geen aangenaam gevoel dus al
dat gezweet. Zit al met een zonnebril en pet op, die steeds af wil waaien. Nog
dieper over mijn ogen getrokken kan ik bijna niets meer zien.
Rond half elf gaat de wekker voor mijn medicijnen. Voor de
tweede keer had ik ze vandaag vergeten. Ik heb een hekel aan die waarschuwing,
maar vandaag ben ik er blij mee. Terwijl ik ze in sta te nemen stopt er een
dure slee. In rap Italiaans wordt me blijkbaar de weg verteld. Vertel dat ik
het zelf niet weet en gast ben in hun land. De wegen zijn slecht in de kleine
dorpen, maar ach……, wie zei dat de weg naar Rome geplaveid moest zijn. Mijn
spatbord rammelt steeds los met gevolg dat het nog slechter is dan het al was.
Steeds weer stap ik af om het tussen de klemmen vast te zetten, het helpt
niets. Na veel vragen blijk ik uiteindelijk op de goede weg te zitten. Ik passeer
prachtige visvijvers en even daarna een kabbelend beekje. De zon laat zich van
zijn beste kanten zien. Waar kan een mens nog meer van genieten? Even voorbij
Centogmano groeit de wilde hop vlakbij een prachtige oprijlaan van Pijnbomen.
De weg loopt opnieuw langs appelboomgaarden en maïsvelden. Even voor Mambrotta,
staat aan de linkerzijde van de weg een prachtig Maria beeld. Op de achtergrond
eerst een maïsveld en daarachter de Apennijnen. Ook hier is de kerk gesloten,
de derde al. Ik wil toch alleen dat kaarsje maar opsteken voor Jenny. Terwijl
ik aan de deuren sta te rammelen vliegen twee parende zwarte vlinders langs.
Hagedisjes vliegen even later voor m’n wielen weg. Omdat ik altijd al moeite
heb gehad met links en rechts rij ik prompt verkeerd. Het pijltje blijkt naar
links te staan in het boekje, ik rij prompt naar rechts. Ben bijna terug bij de
kerk, wanneer ik het in de gaten heb. Ach, een kilometertje meer of minder
maakt geen verschil meer. Of zou ik een zonnesteek van de warmte hebben? In een
oude walnootboom hoor ik een vogel. Zoek hem, omdat er nog nauwelijks bladeren
aan de boom hangen, maar kan hem niet vinden. Ondertussen word ik gepasseerd
door twee fietsers. Het kunnen niet anders dan Hollanders zijn op weg naar
Rome. Later ontmoeten we elkaar weer. Zij hebben Emmy en Frens op de tandem
ontmoet in Remagen en hadden later gemaild dat ze een oudere ondernemende dame
hadden ontmoet. Grappig hoe je elkaar toch steeds weer op een of andere manier
ontmoet. In Albero is opnieuw de kerk gesloten. Zouden dorpsbewoners geen
behoefte hebben om even een gebedje in de kerk te doen? Of is dit een gebied
waar Don Camillo woonde en de ………………? Opnieuw kijk ik naar links waar de bergen
in de verte steeds hoger worden. Een klein gedichtje schiet me te binnen:
Ligt het venijn in de Appenijn?
Na ruim 20
kilometer is er eindelijk een stoepje waar ik even
rustig kan zitten. Al die tijd was er geen bankje te zien. Het is vijf over
half een. Mijn water is bijna op en het wordt tijd voor een supermarkt. Mijn
kaas in het trommeltje van Marco is gesmolten. Ik moet het letterlijk aan het
brood plakken o het los te krijgen uit de folie. De chocola in het bakje is tot
een zacht gesmolten smurrie verworden. Ach, vanavond trekt het weer bij en is
het weer eetbaar, mits het niet dagelijks gebeurt. Bij de supermarkt heb ik
niets in de gaten en i.p.v. gewoon water, bronwater gekocht. Niet te drinken,
maar het is vocht. Even later moet ik een keuze maken tussen twee grindwegen.
Op dat moment ontmoet ik Johan en Leny Allard uit Haarlem, die roepen; follow
me. Een stuk verder zie ik allemaal witte vogels opvliegen het blijken een
klein soort zilverreigers te zijn. Op dat punt ontmoeten we elkaar. Toevallig
staat er ook nog een bankje dat leidt tot echt gespleten billen. De gaten tussen
de stangen zijn veel te groot en nodigt niet uit tot aangenaam verpozen. Er is
een leuke klik en tot bijna aan het einde blijven we samen rijden. Onderweg
willen zij in een café water tanken. Ik wil doorrijden, keer even later om. Zou
dom zijn om hier niet even van het toilet gebruik te maken. Die gelegenheid had
ik nog niet. Laat het nu ook nog zo’n ouderwets hangding zijn waar je stevig
vasthoudend aan twee stangen boven moet hangen. Om alles in het juiste gaatje
te mikken is een crime. Gelukkig staat er een bezem bij om de restanten de
ernaast zijn gevallen weg kunt vegen. Ik dacht dat dit soort toiletten
uitgestorven was, maar niet in dit dorp. Ik krijg een drankje aangeboden en
even later delen we nog twee blikjes cola met z’n drietjes. Het laatste stuk
rijden we samen, maar ik mis een aantal dingen om te fotograferen, dus haak ik
even af. Leny roept nog dat ik ze wel inhaal, maar het lukt me niet.
In Motagnana rij ik eerst naar de VVV. Ze hebben een kamer
met ontbijt voor 30 euro en er is internet. Helaas mijn computer accepteert hun
paswoord niet. Er moet een andere gang zijn met zijn wachtwoord, maar het
taalprobleem steekt hier de kop op. Ik mag wel even op zijn computer, maar
krijg het zonder muis niet overgezet. Dan mar morgen. Een nieuwe dag. Later op
de avond ga ik eten in het dorp. Had ook hier in het hotel gekund begreep ik.
Dar ontmoet ik beide echtparen weer. Kon niet anders. We rijden allemaal
dezelfde route. Leny en Johan rij ik achterop met de fiets. Zij willen eten en
zijn nog zoekende. Ik rij door. Kom bij een pizzeria en zie daar voor 6 euro
spaghetti staan. Later realiseerde ik me dat zij beiden daar misschien hadden
willen eten en dan is het minder leuk dat ik er al naar toe was gegaan met de
fiets. Ik kan niet echt zeggen dat ik het lekker vond. Erger is dat het water
free was, maar als het er op aankomt willen ze me 2,50 laten betalen. Uiteindelijk
rekent de eigenaar 1 euro voor het water en op de rekening staat ook nog 1 euro
voor het wassen van het tafelkleed. Ja, zo kom je ook aan je prijzengeld.
Totaal gereden km. 1422,44
Geen opmerkingen:
Een reactie posten