Gisteravond ik Auer naast het gemeentehuis |
Hopplant. Hoe die hier verzeilt is geraakt mag Joost weten. Hebben de vogels zo ver gevlogen en de zaadjes meegenomen? Lijkt me haast onwaarschijnlijk, maar hij is het echt.
Heel af en toe zie ik een merel opvliegen, ze zijn veelal
minder vertegenwoordigd dan de zwaluwen, die hier talrijk zijn en zich
verstoppen tussen de appelboompjes. Hun nesten hebben ze vermoedelijk in de
rotsen. De rivier de Atsch is rustig vandaag en kabbelt rustig stromend door,
af en toe wat kleine geluidjes makend waardoor kleine draaikokjes ontstaan.
Alles is even vredig en rustig om me heen. Ik voel me gelukkig. Het weer is
prachtig.
Weergod Aeolus is ook wakker geworden, al weet hij nog niet
goed wat hij zal doen. Af en toe is hij
wat draaierig. Het ene moment is hij
voor me, dan weer tegen me of opzij. Of zit hij me uit te dagen om te plagen?
Een beetje ochtendhumeur misschien? Af en toe laat hij me voelen dat hij de
baas is en alles in eigen hand wil houden. Ik ben afhankelijk van hem en zijn
nukken dus vraag ik vriendelijk of hij vandaag genadig wil zijn. Hij luistert,
heel lief en aardig. Bedank hem ook nog daarvoor. Om kwart voor negen moet het
jack weer aan. Aan de overkant van de rivier schijnt de zon met dikke stralen,
maar aan deze kant is het kil en mistig. De stralen komen net niet over de berg
heen. Het is stil, op een enkel vroege vogel na.
Ik rij tussen twee snelweg in. De een, de tolweg rechts van
me, dan de rivier en de dijk waarop ik fiets. Aan de andere kant landerijen vol
glanzende appels die gegeten willen worden en de nationale weg. Bij een
kruispunt aangekomen waar ik over moet steken, staan twee politiewagens. Later
rijdt een van hen me achterop en voorbij. Wanneer ik bij Salorno opnieuw een
weg over moet steken staat het vol met brandweerwagens en mannen. Er is
vermoedelijk iemand verdronken en men is aan het zoeken. 7 Km . verder kom ik de
politieboot tegen die samen met de brandweer het water afzoeken. Boven me vliegt
met regelmaat een helikopter die ik prachtig kan fotograferen.
De zon krijgt eindelijk zijn stralen over de berg heen, wat
hopelijk mooie plaatjes heeft opgeleverd. 16 km . gefietst, wat heel
weinig is. Er is zoveel te zien en te melden. Soms wenste ik dat er een camera
op de fiets zat om alles te laten zien wat de moeite waard is. Film leeft nog
meer dan foto’s. Maar ach, wensen zijn er ook om een wens te blijven. Ze hoeven
niet allemaal vervult te worden. Tijdens de rustpauze drink ik mijn laatste
zakje cappuccino, nog in Duitsland gekocht. Ik drink het met extra aandacht,
want wie weet wanneer ik deze lekkere smaak weer vind. Terwijl ik zit te
genieten van de koffie zie ik in de verte vier bekende mannen aankomen. Ja
hoor, het zijn de vier van gisteren, waar ze op de foto allemaal prachtige gele
jasjes aanhadden. Nu is ieder op zijn ’s zomers gekleed, maar herkenbaar
genoeg. We praatten even samen, delen een koekje en voor mij is het tijd om
verder te gaan. Niet voordat de oudste van 80 jaar mij heeft verteld hoe hij en
zijn vrienden eens van Vancouver naar Mexico zijn gefietst. Een prachtige tocht
die hij zo weer over zou willen doen. De heren vertellen nog wel even dat we op
dit moment door het Trentino gebergte rijden. Ik wist het niet. De rivier wordt
hier en daar wat wilder. Aeolus heeft vandaag zijn beslissing genomen, hij
blijft schuin achter me. Heel aardig van hem. Het wordt drukker op de dijk.
Fietsers rijden af en aan. Ook hier heeft het weken geregend, dus even genieten
van deze eerste prachtige zonnige dag, waarop het in de middag rond de 28
graden wordt, Moet er even aan wennen. Dan kom ik langs drie stoere werkers die
de afwatering die naar de rivier leidt staan schoon te maken. Zo te zien zwaar
werk. Ze krijgen in de gaten dat ik ze fotografeer, jammer. De laatste negen
kilometers naar Trento herbergt romantische zitjes om uit te rusten, omgeven
door roze rozen. Zou er graag even van genieten, maar heb al teveel tijd
verdaan met fotograferen en schrijven. Moet echt even doorrijden. Het fietspad
loopt nu pal langs de tolweg, maar wie niets wil horen, hoort ook niets. Ik
geniet van de mooie dingen die ik om me heen zie. Bij Mascallis rij ik weer de
rivier over en wordt het rustiger. Tegelijkertijd zijn ook de romantische
zithoekjes verdwenen, het worden weer kale banken. Een kleine hagedis kruist
mijn pad met hoge snelheid. Ik zie hem nog net in het struikgewas verdwijnen.
Brengen ze geluk? Nog steeds rij ik tussen de appelboomgaarden. Hun kleuren
nodigen uit om geplukt te worden en hier en daar zijn al ijverige boeren bezig.
Andere soorten moeten nog even wachten. Wat opvalt, is dat de meeste rode
appelsoorten netten over de boompjes hebben, de gele of groene bijna niet.
Een geel vlindertje fiets een stukje
met me mee. Even later krijg ik een vluchtige kus op mijn wang van een witte
vlinder. Ik glimlach en straal. Dit is leven. Ik sta meer stil om te
fotograferen en te schrijven dan ik fiets. In 13/4 uur heb ik pas
Bij een brug gekomen van helemaal glanzend staal waar de
tolweg overheen loopt zie ik ineens een kleine verandering. Het bekende
aspergegroen en een maïsveld. Niet te geloven. Een Fatamorgana misschien?
Boven de rivier verschijnt een albatros, ook de eerste keer dat ik die hier
zie. Met grote vleugelslagen drijvend op de wind, kijk ik hem na. Mijn wereld
is weer vol kleine wonderen vandaag. Het is warm geworden. Onderweg maak ik
kennis met Gerlinde en Hannelore. Zij hebben vijf dagen gefietst van de
Bodensee richting het Gardameer waar de man van Gerlinde hen vanavond op komt
halen. Hebben nog een aardig eindje te rijden. Vinden het geweldig wat ik doe
en willen samen op de foto. Even voor Trento hou ik pauze. Ik heb geen behoefte
om de stad in te gaan. Even later komt er nog een fietser zitten. We rijden
onafhankelijk van elkaar bijna gelijk weg. Omdat we om de beurt foto’s maken
passeren we elkaar ook steeds. Ik zie hem nog wel bij de eerste rotonde dan is
hij verdwenen terwijl ik in gesprek raak met een Oekraïense vrouw, die verteld
dat het hier de eerste mooie dag is. Dos Trento vertelt ze me. Wat rust
er toch een zegen op deze reis. Er komen problemen. Het fietspad is afgesloten.
Het oude pad is goed bereidbaar. Mijn medefietser van de rustpauze komt me tegemoet
rijden en waarschuwt dat het pad overgaat in de snelweg waar wij niet op mogen
rijden. Wat nu? Er komt een fietser aan en ik vraag hem de weg. Dan blijkt dat
de twee samen Italiaans spreken. We worden netjes naar de nieuwe weg geleid,
toch over dat stuk autoweg. Natuurlijk niet nadat was gevraagd of ik de partner
was van de medefietser, die af en toe bezorgt omkijkt of ik het wel bij kan
houden. Zodra we op de goede weg naar Roverero zitten nemen we met een zwaai
afscheid, hij rijdt zonder bagage veel sneller dan ik. Toch weer een engelbewaarder
die voor me zorgde? Alleen had ik het nooit gevonden. Roverero is nog 21.5 km .
Het heeft twee maanden achtereen geregend.
Breng ik de zon mee naar Trento? Het mooie ronde gebouw boven op de heuvel
heet
Rond kwart voor één krijg ik verschrikkelijke maagpijn. Tot
mijn schrik merk ik dat ik alle medicijnen vergeten ben in te nemen. En dat
terwijl iedere dag die rotwekker gaat om half elf. Zelfs dat is niet
doorgedrongen vanmorgen. Tientallen keren ben ik van plan dat ding af te
zetten, maar weet niet meer hoe dat te doen. Nu beter opletten, medicijnen niet
meer vergeten. Het is de eerste keer op deze reis.
Even later passeer ik de meest gekke appelbomen die ik ooit
heb gezien. Aparte vormen van bomen
die je nooit zelf uit kunt denken. Hoe kan
het zo groeien? Geeft wel variaties. Na Trento verandert de natuur. Het worden
minder appels, meer druiven afgewisseld met hier en daar een veldje maïs.
Gelukkig vind ik nog een bankje in de schaduw waar ik eindelijk even kan
lossen. Heb het veel te lang op moeten houden, De maagpijn begint te zakken. Mijn
water raakt op. Er is nog net genoeg heet water in de kan voor een kop
kamillethee. Heb net mijn zonnebril opgezet als er een prachtige grote oranje
vlinder recht op me af komt. Hij kust me weer op mijn wang. Het ging wat hard
voor hem en ik hoop dat hij het overleefd heeft. Nu het zo warm is begrijp ik
weer waarom men in deze landen siësta houdt. Morgen maar vroeg vertrekken. In het voorstukje van Roverero vind ik een ijstentje op het plein. Mijn lust tot fotograferen verdwijnt wanneer ik het zie. Gerlinde en Hannelore, die vlak achter me zitten laten zich net zo verleiden en samen genieten we van het ijsje. Ik ben eerder klaar. Een meisje had de weg gewezen, maar niet echt de goede. Moet een heuvel en brug op van meer dan 18%. Uitgerekend is mijn batterij leeg en worstel ik mezelf met fiets en al de berg en brug op. Later bleek dat ik een andere weg had moeten nemen, het leed was al geschiet. Nu kwam ik op de buitenweg uit. Een fietser die net even stopte is zo vriendelijk me naar de jeugdherberg te brengen. Geweldig. Hij had een heel ander tochtje voor ogen. Verloor wat, waardoor hij stopte en ik de weg kon vragen. Hoeveel engelbewaarders zijn er al niet op mijn pad gekomen om me te beschermen en te helpen? Ze zijn niet meer te tellen deze reis.
In de jeugdherberg aangekomen blijkt er op de
benedenverdieping Wifi te zijn. Alweer een stukje winst en probleem uit de weg
geruimd. Dan blijken de eenpersoons kamers allemaal bezet. Ze heeft wel een
tweepersoonskamer, kost 30 euro. Ik ga kijken. Ergens hoog boven me zit een
raam, verder is het een hok vol balken, Claustrofobisch. Ga naar beneden om dit
te bespreken. Ze heeft op de 4e etage wel een kamer met raam. Ga
eerst maar kijken. Nog erger. De balken hangen bijna op de bedden. Het kleine
raampje heeft tralies ervoor. Zit ik in een gevangenis of zo. Opnieuw naar
beneden om te zeggen dat ik wel naar het toeristenbureau ga. Ineens heeft ze
een driepersoons kamer vrij met een heerlijk groot raam. Omdat het driepersoons
is moet ik 35 euro betalen. Kan ook voor 20 euro een kamer met drie andere
vreemde vrouwen delen. Daar bedank ik voor en goedkoper kom ik misschien ook
niet klaar. Dus zeg ja. Ben blij dat ik ruimte heb voor de was op te hangen en
lekker te douchen. Later in de middag wat rondgereden in de stad.
Totaal gereden kilometers 1262,8 km .
Mijn avondeten, broodjes met kaas en yoghurt |
1 opmerking:
Ha die Maus, weer genoten van je verhaal en je schitterende foto's,op deze dag hebben wij ook de hele dag gefietst, de mooie dagen worden schaars, goeie reis verder.
Groetjes, Hans.
Een reactie posten